Kennismaking: Jonathan Straatman aan de slag met kunst in de nieuwe Agoraschool

Achter de schermen, Nieuws

Gepubliceerd op

Els Mast-Jonathan-Straatman-Foto 1.jpg

Wat als een schoolgebouw niet alleen muren en lokalen biedt, maar ook een plek is om stil te staan bij wat we voelen, missen of niet kunnen uitleggen? Dingen zoals verbondenheid, rituelen of afscheid.

In Merwede komt er binnenkort een nieuw schoolgebouw voor de Agoraschool. De bouw is aanleiding voor een bijzondere kunstopdracht, waarvoor kunstenaar Jonathan Straatman is aangetrokken. Het kunstwerk zal binnen het schoolgebouw gerealiseerd worden. Maar er is vanaf het begin aandacht voor degenen voor wie het bedoeld is: de kinderen.

Kinderen denken mee over kunst in de school
De opdracht

De kunstopdracht is mogelijk dankzij de gemeentelijke percentageregeling, die sinds 1954 bepaalt dat een klein deel van het bouwbudget van gemeentelijke gebouwen wordt besteed aan kunst. Dit gaat altijd in overleg met de gebruikers van het gebouw. In dit geval is er gekozen voor een aanpak die past bij de visie van Agora én bij het kunstprogramma Gemene Grond. Belangrijk is gedeeld eigenaarschap en actieve betrokkenheid van leerlingen. De kunstopdracht is voortgekomen uit het residentieprogramma van Merve Bedir: Commoning Merwede.

De leerlingen hebben zelf de opdracht aan de kunstenaar bedacht. In een serie workshops onderzochten leerlingen vragen als: hoe maak je contact met iets dat je niet kunt zien, maar wel kunt voelen? De workshops waren onder begeleiding van Merve Bedir, Marcel Machielse en Huib Haye van der Werf. Het leverde tastbare resultaten op: totems, bruggen, schommels, bomen – symbolen van overgang en verbinding. Opvallend was dat de kinderen niet voor zichzelf ontwierpen, maar voor toekomstige generaties. Ze werkten aan iets wat blijft, ook als zij straks weg zijn. De resultaten van deze workshops zijn vertaald in de opdrachtbeschrijving aan de kunstenaar.

Als de kunstenaar aan de slag gaat, zal hij weer nieuwe leerlingen betrekken bij het ontwerp- en maakproces. Het uiteindelijke kunstwerk zal door toekomstige generaties leerlingen steeds opnieuw kunnen worden geïnterpreteerd en toegeëigend. Een werkwijze waarin co-creatie, collectief eigenaarschap en gedeeld auteurschap centraal staan.

Over de kunstenaar

Jonathan Straatman (1991) studeerde af aan de HKU en maakt ruimtelijke installaties waarin je kunt ronddwalen, verdwijnen en even op adem kunt komen. Zijn werk sluit vaak aan op bestaande architectuur en gaat een directe relatie aan met de omgeving en haar gebruikers. Hij werkt met pure materialen zoals hout, glas, stucwerk, spiegels en geluid.

Eerder realiseerde hij met bewoners van het asielzoekerscentrum in Utrecht het kunstwerk In Between, over het leven tussen twee werelden. Thema’s als herinnering, verstilling en ‘tussenruimte’ keren vaak terug in zijn werk. Juist die gevoeligheid maakt Jonathan Straatman een passende kunstenaar voor dit project. Samen met de kinderen gaat hij nu aan de slag om te onderzoeken wat een kunstwerk voor een school kan zijn. Niet alleen als vorm, maar als plek van betekenis, een brug naar een andere wereld.

Interview met Jonathan Straatman
Hoe werk je normaal gesproken aan dit soort projecten?

Ik heb ervoor gekozen om me vooral te richten op de aard van de school en wat voor soort plek dit moet worden. Ik werk intuïtief en site-specific. Dat betekent dat ik me laat leiden door de plek zelf en wat die nodig heeft. In dit geval wilde ik het gebouw eerst echt leren kennen. Ik had al veel ideeën, maar ik wil ter plekke kunnen reageren en functies toevoegen aan bepaalde ruimtes, zoals de aankomsthal.

Wat is je plan voor het betrekken van de kinderen?

Ik wil samen met de kinderen kijken wat er nu mist in de school. Per thema of onderwerp kunnen we dan een ruimte ontwerpen. Het is belangrijk voor mij om te weten voor wie we dit doen, welke kinderen hier straks rondlopen. Samen met hen wil ik een ‘programma van eisen’ opstellen.

Hoe zie je het proces voor je?

Het wordt een langer proces. Er is al een hoek aangewezen waar het kunstwerk komt, maar ik wil pas echt beginnen als de ruimte concreet is.

Heb je al ideeën voor de uitvoering?

Heb je al ideeën voor de uitvoering?
Een idee waar ik enthousiast over ben is het werken met kijkdozen. Dat lijkt misschien kinderlijk en eenvoudig, maar als er een goed verhaal achter zit, kan het juist heel diep gaan. De kijkdoos kan een middel zijn om samen met de kinderen vorm te geven aan de ruimtes die zij missen, denk aan een mini-bioscoop, een bibliotheek, of iets anders wat zij aandragen.

Wat is jouw rol binnen dit project?

Mijn rol is vooral het vertalen van de ideeën van de kinderen naar een concreet object of ruimte. Ik bewaak het project en de uitvoering, maar de input komt van hen. Vrijheid bestaat binnen grenzen, dat is een uitgangspunt dat ik hanteer.

Heb je een persoonlijke band met dit soort onderwijs?

Zeker. Als kind heb ik zelf op een Iederwijs-school gezeten. Deze nieuwe school doet me eraan denken, maar dan in een meer ontwikkelde vorm. Mijn neefje helpt nu al mee met het bouwen van kunstwerken. Hij is precies het type kind dat hier op school had kunnen zitten.

Hoe zie je het uiteindelijke kunstwerk voor je?

Een architectonisch object waarin je kunt verblijven – bijvoorbeeld een wandsculptuur of een verdiepte ruimte. Het moet direct gebruikt kunnen worden en niet alleen als kunst worden gezien.

Hoe pak je het technische aspect aan?

Ik werk bewust niet met de computer in het begin. Als ik iets digitaal ontwerp, verras ik mezelf minder. Ik laat me liever leiden door materialen en beperkingen – alles wordt gemaakt van restmaterialen. Die zorgen voor een ander soort tijdsbeleving en maken het mogelijk om creatief te reageren op wat er is.

Interview met Els Mast – Strategisch Leider Onderwijstransitie Agora
Waarom vinden jullie het belangrijk dat leerlingen meedenken over kunst in de nieuwe school?

Kinderen wonen de hele dag op school. We willen hen een stem geven. Intrinsieke motivatie en zelfsturing staan centraal, dus het was logisch dat ze meededen. Ze hadden echt invloed op het proces. Het kunstwerk moet blijvende verwondering oproepen en interactief zijn. We willen dat onze leerlingen zich van waarde kunnen voelen en van waarde kunnen zijn. Zij kunnen zich straks verhouden tot de ander en in de maatschappij vanuit eigen kracht. Dat gaan ze oefenen en leren op de Agora (het marktplein) waar het kunstwerk een onderdeel zal zijn.

Wat maakt dat je blij bent met de keuze voor de kunstenaar?

Jonathan past perfect, hij begrijpt ons concept. Zijn kunstwerk belichaamt alles waar Agora voor staat. Zijn vermogen om verlangens en ideeën te vangen is bijzonder.

Wat vind je van de aanpak van Gemene Grond in dit kunstproject?

De aanpak is professioneel en prettig. We hebben bewust gekozen voor een breed draagvlak vanaf het begin: niet alleen de directie, maar ook ouders, kinderen en coaches hadden een stem. Dat gaf energie en betrokkenheid.

Locatie op de kaart: Agora School